Vincent Botella, 2007©
Mijn benadering van creativiteit en inspiratie is niet 'psychologisch', in de moderne betekenis van het woord, ook al lijkt dat soms zo. Ik grijp terug op de oude betekenis van het woord psyche, namelijk ziel of levensziel (psuchê). Creativiteit en inspiratie gaan in wezen over energie, over de beleving en de transformatie van levensenergie of, zoals het in de vroege oudheid zou heten, van goddelijke energieën. Met 'energie' bedoel ik niet zoiets als 'brandstof' of 'elektriciteit', waar je soms teveel en soms te weinig van kunt hebben. In plaats van 'energie' kan ik ook 'bewuste en intelligente vitaliteit' zeggen of ik kan 'geest' zeggen, in de oorspronkelijk lichamelijk-spirituele betekenis van dit woord, namelijk 'levensadem' - de eenheid en de bewegingen van je lichamelijke en je mentale zelf.
Ik put bewust uit spirituele bronnen, met name, mystieke en esoterische, maar ook uit spiritistische en paranormale bronnen, omdat zij ons beide zeer veel informatie verschaffen over de beleving van deze levensenergie en het vertrouwen in haar kracht om te creëren en te transformeren. Beide gaan ze over de spiritus, Latijn voor 'geest' en 'adem', die ik de universele levensenergie noem en die de afgelopen twee millennia in tweeën is gescheurd. Er is, ten gevolge van die scheiding, sprake van de absoluut goede, goddelijke en heilige geest (of Hoger Zelf in psychologisch georiënteerde spirituele visies), en er zijn de verdachte en afschrikwekkende geestverschijningen en spiritistische ervaringen (valse zelven, duivels, kwaadwillende entiteiten, passies die je gemoed ‘aandoen’). Deze opsplitsing geldt zeker niet alleen voor onze westerse cultuur en ook niet alleen voor de monotheïstische culturen. Je vindt haar ook in de oosterse spiritualiteit terug. Ze lijkt samen te hangen met de geleidelijke opkomst van stedelijke patriarchale culturen vanaf ongeveer 1500 v.C.
Onze taal getuigt nog steeds van de oorspronkelijke eenheid van het spirituele en het spiritistische. In beide woorden vinden we het Latijnse spiritus – levensgeest. De reden hiervoor is dat taal, net als kunst, geboren wordt uit onze diepste intuïties. De 'Heilige' Geest en de 'slechte' geesten zijn ergens nauw verwant. Ze zijn allebei ‘geest’. Dat 'ergens' ligt in de diepten van ons innerlijk. Het spirituele en het spiritisme putten uit dezelfde bron, ook al is de ene tot een instituut geworden en de ander tot een irrationeel en verdacht fenomeen.
Die eenheid zou je eenvoudig kunnen omschrijven als vitaliteit, leven gevende kracht, in lichaam en geest, maar ook als spontaniteit. Zijn vanuit jezelf of vanzelfsprekend zijn, in overeenstemming zijn met je wie je werkelijk bent. En wat je werkelijk bent, is in de eerste plaats leven, leven dat zichzelf en zijn omgeving beleeft op een eigen, unieke en onherhaalbare manier. Deze levensgeest is nauw verbonden met wat we ‘bewustzijn’ noemen – bewust zijn, aanwezig zijn in het besef dát je er bent. Met andere woorden, deze levensgeest is pas voelbaar aanwezig wanneer ze zich kan verbinden met je lichaam, met je daden, met je dierbaren of zelfs alleen maar met je gedachten. Pas als de levensgeest zich verbindt met het fysieke, nu aanwezige ontstaat er een levende eenheid in het moment. Dan heb je er zin in, je krijgt de geest, er is een gevoel van bevrediging en vervulling bij wat je doet.
Je kunt het domein van de geest op zichzelf onderzoeken. Als psycholoog, filosoof of paranormaal onderzoeker. Je kunt het fysieke domein op zichzelf onderzoeken. Als artsonderzoeker, als natuurkundige, als intuïtief genezer. Ik ben binnen het bestek van dit boek geïnteresseerd in de verbinding tussen beide, want daar vindt het scheppingsproces plaats. Ik ben geïnteresseerd in expressie en niet in waarheid of therapie.
Als ik een mens en zijn expressies vergelijk met een oude, knoestige en kromgebogen boom, dan ben ik niet geïnteresseerd in hoe het allemaal zo gekomen is en evenmin in hoe ik die boom kan helpen een ‘gezonde’ boom te worden. Deze boom is wat hij is. Hij ontstond in een dialoog van dag tot dag tussen de blauwdruk in het zaadje waaruit hij ontkiemde en de omstandigheden op de plek waar hij wortel schoot. Het gaat mij noch alleen om de blauwdruk (zijn ‘essentie’ of zijn ‘geest’), noch alleen maar om zijn omstandigheden (zijn ‘beperkingen’ of zijn ‘lichaam’). Deze boom is niet tragisch of ongezond, hij is een unieke expressie van zijn essentie in nauwe verbinding met zijn concrete fysieke omstandigheden.
Bewust zijn, is je bewust zijn van deze beide aspecten van je uniciteit, als onherhaalbare expressie van de universele vitaliteit, de universele levenskracht die zowel lichamelijk als geestelijk is.
Lees verder in mijn artikel Psyche en Ziel